nieuws

Historie

1878-1908
In 1878 richten in Wolder een aantal muziekliefhebbers, mede op initiatief van kapelaan Bartholomeus, de zangvereniging HH Petrus & Paulus op. Onder leiding van Willem Prick, en met assistentie van kapelaan Bartholomeus en de heer A.Bocken, werd menig evenement met zang opgeluisterd. De heer Prick was een plaatselijke notabele en van 1881 tot 1917 burgemeester van Oud-Vroenhoven waarvan Wolder het hoofddorp was. In 1881 werd voor het eerst aan een groots muziekfeest in Millen (B) deelgenomen. De heen-en terugreis geschiedde met een wagen voortgetrokken door vijf paarden zoals de annalen vermelden. Datzelfde jaar werd ook met succes deelgenomen aan een concours in Valkenburg en ter gelegenheid van de Heiligdomsvaart mocht men een meerstemmige H. Mis uitvoeren in de St. Servaaskerk in Maastricht. Ook werd er elk jaar deelgenomen aan de Sacramentsprocessie in Wolder. Om deze processie meer luister bij te zetten werd er vaak een beroep gedaan op het in Maastricht gelegerde stafmuziekkorps. Ergens in die vroege jaren tachtig is toen het plan opgevat om de zangvereniging uit te breiden met een harmonie, zodat men voortaan zelf de processie muzikaal kon begeleiden en niet meer afhankelijk was van de stafmuziek. Een gang van zaken die bij het ontstaan van meer blaasorkesten in Limburg te zien is. 

De eerste dirigent van de harmonie was de heer J. Hermans, stafmuzikant te Maastricht. Door het vertrek van het stafmuziekkorps uit Maastricht moest de heer Hermans in 1892 zijn taak neerleggen. In 1893 treedt dan Gustaaf de Pauw aan, een begrip in de blaasmuziekwereld van Nederlands- en Belgisch-Limburg. Tussen 1890 en de Tweede Wereldoorlog leidde hij zeer succesvol vele hafa-orkesten. Ook bij de harmonie van Wolder zorgde hij in zijn eerste periode die duurde tot 1904 voor grote vooruitgang. 

Ergens in de jaren negentig van de 19e eeuw werd de naam van Zang- en Harmonievereniging
HH Petrus & Paulus omgezet in Harmonie Wilhelmina. Van een zangkoor is dan al een tijd geen sprake meer. Die naamsverandering had alles te maken met het beleid van de overheid (en met steun van de kerk) om het katholieke zuiden van Nederland meer koningsgezind te maken. In dat kader is het aardig om het meerdaagse bezoek te memoreren dat Koningin-regentes Emma en haar dochtertje Prinses Wilhelmina in 1895 aan Maastricht brachten. In een grootse stoet en voor een enthousiaste menigte werden Emma en Wilhelmina van het station naar het Gouvernement aan de Bouillonstraat gevoerd. Het programmablad van deze glorieuze intocht vermeldt ook onze harmonie, en wel als ‘Harmonie van Oud-Vroenhoven’. 

1908-1940
En dan volgt het jaar 1908, soms omschreven als het rampjaar vanwege het uiteenvallen van de harmonie. Men kan het ook zien als de oorsprong van het feit dat Wolder later over twee bloeiende verenigingen beschikte en nog beschikt. Sociaal gezien had de splitsing zeker negatieve sociale aspecten, maar misschien ook wel positieve. Op de splitsing gaan we elders nader in. 

Muzikaal gezien pakte de splitsing in het begin voor onze vereniging slecht uit. Vrijwel alle houtblazers behoorden tot de groep die zich afsplitste. Die ging in een lokaal elders in Wolder verder en nam de naam Harmonie Wilhelmina over. Onze vereniging ging noodgedwongen verder als fanfare en wel onder de naam Fanfare Wilhelmina. Het oorspronkelijke vaandel bleef in de oude zaal bij onze vereniging. De eerste jaren waren moeilijk. Dirigent Toebosch nam ontslag en de fanfare stond even aan de rand van de afgrond. In de annalen worden voorzitter Willem Prick, tevens burgemeester, en secretaris-penningmeester Mathieu Castermans, tevens gemeentesecretaris, genoemd als mensen die met andere bestuursleden de vereniging door die moeilijke periode geholpen hebben. In 1922 nam de fanfare voor het eerst na de splitsing deel aan een muziekcours en wel aan het stedelijk muziekconcours van Maastricht dat vanaf dat jaar tot ver in de twintigste eeuw jaarlijks zou gaan plaatsvinden en dat een belangrijke rol zou spelen in de geschiedenis van onze vereniging. Die eerste deelname was geen succes. Men kwam zelfs niet in aanmerking voor een prijs. Niet toevallig trad een jaar later de eerder genoemde Gustaaf de Pauw weer als dirigent aan. Met hem moest de weg omhoog beklommen worden. En dat gebeurde ook. In 1924 nam de fanfare op instigatie van De Pauw deel aan een concours in Poeldijk in Zuid-Holland. Een slimme zet. Men won de eerste prijs, de ereprijs en dirigentenprijs met een glorieuze intocht vanaf het station tot in Wolder als gevolg.Het gaf de vereniging een flinke boost. Diegenen die erbij waren memoreerden dit feest tot op hoge leeftijd. Als we hen mogen geloven, en dat doen we, konden de feesten na het behalen van landstitels en WMC-titels in onze tijd daar niet bij in de schaduw staan. Tot en met het gouden jubileumfeest in 1928 bleef De Pauw aan als dirigent. De resultaten op het jaarlijks stedelijk muziekconcours waren in zijn periode elk jaar verbeterd. Na De Pauw treedt Th. Klaessens als dirigent aan. Ook in diens periode, die duurde tot kort voor de Tweede Wereldoorlog, beleefde de fanfare een mooie tijd met onder andere diverse concertreizen en een groots gevierd 60-jarig bestaan in 1938. Na de Duitse inval in mei 1940 krijgen verenigingen de plicht zich bij de “Kulturkammer” aan te sluiten. Net als vrijwel alle verenigingen besluiten ook De Greune unaniem tot schorsing van alle activiteiten en bestaat men nog slechts binnenskamers.

1944-1962
Na de bevrijding in september 1944 treedt de vereniging als een van de eersten weer naar buiten. Onder leiding van de kort voor de oorlog benoemde dirigent Pierre Castermans werkte de fanfare hard om na bijna vijf jaar stilstand het muzikaal peil weer op te krikken. En met succes. Bij de jaarlijkse Stedelijke Muziekwedstrijden werd tot drie keer toe de hoogste onderscheiding in de eerste afdeling behaald. Dat direct na de oorlog een talrijke generatie jongemannen zijn intrede deed, zorgde voor nieuw elan. Opmerkelijk was de keuze voor Pierre Castermans (Pierre vaan de Kuster) als dirigent. Deze beminnelijke muziekleraar en musicus van het Maastrichts Stedelijk Orkest, was niet alleen zelf van Wolder, maar van oorsprong ook nog van de Blouwe. Hij had echter getoond een goede dirigent te zijn, onder andere bij de Koninklijke Harmonie van Maastricht, dus was er voor het bestuur en naamgenoot, voorzitter Pierre Castermans, geen bezwaar om hem te vragen.

Gelet op het gestegen niveau en de muzikale krachten waarover men beschikt, gaan er stemmen op de fanfare weer als harmonie te doen herleven. In 1950 vindt de omzetting naar een harmoniebezetting plaats en kan de oude naam in ere worden hersteld. De maatschappelijke wederopbouw in die naoorlogse jaren vindt in zekere zin ook binnen de vereniging plaats. Er komt een drumband, een toneelclub, de Raad van Elf, die vanaf dan met veel succes carnaval gaat organiseren, wordt opgericht en er is een actief damescomité. In 1953 wordt het 75-jarig bestaan groots gevierd. De achterban biedt in 1953, mede ter gelegenheid van het jubileum, een nieuw vaandel aan met daarop de nieuwe, oude naam. In 1957 stopt Pierre Castermans, na 18 jaar,  als dirigent. Hem komt de eer toe de omzetting van fanfare naar harmonie met succes te hebben volbracht. In 1958 worden bij het 80-jarig bestaan de eerste uniformen, afkomstig van Schunck in Heerlen, aangeboden. Volgens sommigen nog steeds het mooiste van de vier die sindsdien dienst deden. 

 

1962-1990
Na enkele muzikaal wat mindere jaren treedt in 1962 Jef Soudant aan als dirigent, het begin van een periode van grote muzikale vooruitgang, maar ook van versterking van de saamhorigheid en het zelfvertrouwen, zowel bij het harmonieorkest als wat betreft de vereniging als geheel. Op het jaarlijks Stedelijk Muziekfeest wordt steeds de hoogste prijs behaald.